Jacques Vriens schrijft het boek 'Oorlogsgeheimen' in 2007 en Van Engelenburg Theaterproducties maakt er in 2013 een theatervoorstelling van. Met Ida van Dril en Maarten Ebbers in de hoofdrollen. Deze voorstelling krijgt, geheel verdiend, niets anders dan lovende kritieken. Nu ruim vijf jaar later gaat in Schouwburg De Meerse in Hoofddorp de reprise voorstelling in première. De rol van Maartje wordt nu echter gespeeld door Maria Noë. Geheel onbekend is Noë niet met deze rol want zij heeft haar in de voorgaande serie al heel wat keren mogen spelen op diverse scholen in Nederland.
Zuid-Limburg, de tweede wereldoorlog is al tien jaar voorbij. Arthur Ramakers zit voor zijn klas met leerlingen en op de achtergrond danst een meisje. Zo begint één van de meest spannendste jeugdverhalen over de tweede wereldoorlog “Oorlogsgeheimen”.
Als de eerste zinnen van leraar Arthur Ramakers zijn uitgesproken en de fictieve Maartje ten tonele verschijnt ontstaat er op de toneelvloer iets dat de hele voorstelling blijft hangen. Tussen Noë en Ebbers is een chemische verbinding ontstaan die de voorstelling zoveel kracht en emotie meegeven dat dit in de hele zaal te voelen is. Er wordt gelachen op de juiste momenten waarna in een fractie van een seconde de sfeer weer om kan slaan in een angstwekkende oorlogssituatie.
De opbouw van het verhaal lijkt mij ten opzichte van de eerste versie vele malen sterker. Ik kan niet precies de vinger erop leggen hoe dit nu precies komt. Maar de verschillende emotionele lagen komen bij mij één voor één krachtiger naar binnen en zorgen ervoor dat iedere seconde van het verhaal volledig door mij opgenomen wordt. De twee acteurs spelen alle rollen van het verhaal en bijzondere prestatie om dit volledig geloofwaardig te kunnen doen maar Noë en Ebbers slagen hier cum laude in. Het omschakelen tussen de verschillende karakters gaat zo vloeiend dat je soms niet eens goed ziet wanneer het plaats gevonden heeft. Ook de changementen worden door deze twee spelers uitgevoerd waarbij het veranderen van de locatie meer op een gevoelige dans lijkt dan op een technische handeling.
Regisseur Pepijn Cladder heeft met subtiele veranderingen deze voorstelling een vernieuwde snelheid meegegeven die, wat mij betreft, de kwaliteit van het geheel een flink aantal treden omhoog geschoten heeft. Aan het decor, ontworpen door Elze van de Akker, is geen enkele aanpassing gedaan en dat is ook totaal niet nodig. Dit multifunctionele decor prikkelt juist de fantasie van de kijker waardoor een gekantelde deur echt ineens de kippenstal is geworden waar varken Bella een ware achtervolging veroorzaakt.
Henrike van Engelenburg heeft een goede beslissing genomen om “Oorlogsgeheimen” weer opnieuw naar de theaters te brengen. Er is weer een nieuwe generatie die deze voorstelling echt moet gaan zien en tegen de generatie die de voorstelling al heeft gezien kan ik alleen maar zeggen ga weer naar het theater toe want de boodschap van dit verhaal kan niet vaak genoeg verteld worden.