Met de zeventiende editie is het Holland Dance Festival in Den Haag uitgegroeid tot een van de grootste en belangrijkste dansfestivals ter wereld. Een programma met 55 voorstellingen bestaande uit nationale en internationale producties. Een must voor iedere dansliefhebber om al dit moois te komen bekijken. Afgelopen woensdag 22 januari was de opening met in het publiek koninklijke gasten als wel een keur aan balletliefhebbers en belangrijke mensen uit het vak.
De keuze om voor Gauthier Dance/ Dance Company Theaterhaus Stuttgart met het programma "Classy Clasics" te kiezen als openingsvoorstelling is een schot in de roos. In 2007 opgericht door Eric Gaulthier, voormalig solist van het befaamde Stuttgarter Ballet, met als doel om vooral de vreugde in de dans te laten zien. Het zware expressionisme en vaak het intellectuele wat lucht geven en een breder publiek aanspreken zonder dat de kwaliteit verloren gaat.
Als eerste zien we Malasangre (2013) van de Spaanse choreograaf Cayetano Soto. In korte rokken met daaronder hoge zwarte kniekousen komen de mannelijke dansers lopend of glijdend op. Dansend op de klanken van de Cubaanse zangeres la Lupe. Ondanks dat ze luchtige liedjes zingt als Fever en Guantanamera is de ondertoon van haar zingen er een van een verlopen en getormenteerde ziel. De mannen bewegen alsof ze een variété nummer opvoeren. Vaak worden grappige bewegingen bloedserieus uitgevoerd. De losse heupen uit de mambo afgewisseld met Voque pose's. Dit alles met het aan elkaar verbinden van ritmische gymnastiek oefeningen waarbij de ballettechniek natuurlijk als vanzelfsprekend een verbindende factor is werkt aanstekelijk. Vooral als de danseressen zich er bij voegen . Pas de deux's trio's en ook solo's volgen elkaar op in mooie groepsformaties. Dansers dan weer op een lijn ieder in hun eigen spotlicht. Dat alles dansend op een zwarte vloer bezaaid met zwarte namaakvlinders is uitzinnig. Als een revue laten deze dansers zien wat een kwaliteit deze groep in huis heeft.
Het tweede ballet is van de Amerikaanse grootmeester William Forsythe. Het Herman Schmerman Duet (1992) voor een koppel waarbij de vrouw op spitzen danst. Hoogstaand staaltje moderne dans. Bijna wiskundig en als een soort robots zien we hier man en vrouw in zowel perfect partnerwerk als solistische virtuositeit. Hoge benen, mooie lijnen, prachtige pirouetten, nog hogere sprongen. De dansers beheersen de ruimte als vanzelfsprekend. Dit wordt zeker versterkt door de geweldige vaste Nederlandse vaste componist van Forsythe. Thom Willems weet met zijn sythersizer compositie's de juiste spanning te bereiken tussen virtuositeit van de beweging en het verbinden van het gebruik van ruimte met de lijnen die de dansers met hun lichamen creëren.
Als derde het ballet Äffi (2005) van de Duitse choreograaf Marco Goecke. Een solo voor mannelijke balletdanser op een aantal songs van Johny Cash. Met een ontbloot bovenlijf in een zwarte strakke broek zien we een danser die vaak met zijn rug naar het publiek danst. Zijn gezichtscontouren zijn door de belichting nauwelijks te zien en toch voel je iedere vezel van zijn wezen. De spanning van zijn spiertonus is hoog. Zijn hele leven toegewijd aan zijn familie. Het harde werken, zijn patrionisme . Je ziet het allemaal voor je in deze ene man. Door de vaak spastische bewegingen die dan plotseling weer ontspannen is de spanningsboog hoog. Zeldzaam mooi hoe dit gedanst wordt door Theophilus Vesely. Een van de allermooiste bevlogen uitvoeringen die ik ooit een balletdanser heb zien dansen.
We krijgen tussendoor de uitreiking van de Jiri Kylian ring die Alexandra Radius en Han Ebbelaar door geven aan Marian Sarstádt. Geweldig dat de vorige ontvangers van deze ring deze terechte keuze hebben gemaakt. Zo lang al heeft Marian Sarstádt in functie's zowel als danseres, coach, directie, en lerares zoveel betekent voor de Nederlandse dans.
Het vierde ballet Orchestra of Wolves (2009)is van de hand van de Canadees Eric Gauthier zelf. Gemaakt voor zijn zoontje is dit een komisch werk waarbij dansend de dirigent een orkest van wolven, op de tonen van de overbekende 5de van Beethoven, in toom probeert te houden. In Duitsland erg succesvol vind ik dit werk toch een beetje voor de beginnende balletkijker. Te simpel en te weinig eigen bewegingen die voor mij interessant blijken. Veel teveel gedoe en gestrijk met armen die bewegingen van violisten en cellisten nabootsen. Na drie meesterwerken valt dit ballet helemaal weg voor mij.
Als Uitsmijter krijgen we Minus 16 (1999) van de Israëlische choreograaf Ohad Naharin. Een compilatie van veel van zijn werken is gestopt in dit ballet. Het is vooral een aanstekelijk werk en laat mooi zien dat je ballet niet zo serieus moet nemen. De gedrevenheid van de dansers is groot . Het willen laten zien van hun kunnen gaat hier in dit ballet wel eens vaak ten koste van de kwaliteit van de zeggingskracht die Naharin in zijn idioom waarborgt. Vanuit ontspanning de spanning creëren en ook pas reageren op de beweging van de ander in ontspanning is hier soms niet aanwezig. Vaak ontstaat een beweging vanzelf en hoef je daarvoor niet iets extra's te doen. Vanuit die vanzelfsprekendheid en ontspanning kan je als danser met je tonus juist technisch ineens virtuositeit bereiken. Maar de eerlijkheid van de dansers en ook het willen laten zien van hun kunnen is een zo sympathieke energiestroom die gewoon werkt. Het is een mooie afsluiting van de avond waarin de dansers in het laatste gedeelte mensen uit het publiek halen om op het toneel met hun te komen dansen. Een prachtig einde van deze avond.
Een geweldige opening van een festival welke nog tot en met 8 februari duurt. Als je onder 27 jaar oud bent dan kan je voor 10 euro elke voorstelling in Den Haag bijwonen. Dat is toch geweldig. Een bioscoopbezoek kost hetzelfde of is zelfs duurder. Laat je verrassen en neem die drempel en ga is een avondje naar het theater. Ook in Amsterdam, Delft en zelfs Tilburg zijn er behalve in Den Haag dansvoorstellingen te zien.
Kijk op de site van Holland Dance festival 2020 voor verdere informatie.