'Achter het huis' schrijnt


Er was het nodige om 'Achter het huis' te doen geweest. Terecht of onterecht had het Anne Frank Fonds in Basel gedreigd met een kort geding, omdat deze bewerking van het Achterhuis te vrij zou zijn en verzonnen toevoegingen zou bevatten. Desalniettemin ging de voorstelling afgelopen zaterdag 11 november 2017 in de Stadsschouwburg van Haarlem in première.

Het decor van hoge hekken, ijzeren kisten en stalen steigers laat niets over van de welbekende huiselijkheid van Het Achterhuis. Hooguit zou je nog kunnen concluderen dat het huis uit meerdere verdiepingen bestaat, maar daarmee houdt verder alle gelijkenis wel zo'n beetje op. Ook de spelers zijn gekleed in grijstinten en kakikleuren, waardoor de gehele ambiance een gestileerde kilheid krijgt. 'Achter het huis' is niet in eerste instantie een zoveelste toneelversie van het Dagboek van Anne Frank, maar eerder een toneelbewerking die een andere vraag centraal stelt: Wat gebeurt er met een groep mensen die ruim twee jaar lang dag en nacht op elkaars lip zit?

Met het arsenaal aan goede acteurs dat voor deze voorstelling uit de kast is gehaald, is de beklemming en de plaatsvervangende schaamte vanaf het begin voelbaar. Het gezin Van Pels wordt gespeeld door Michiel Nooter, Raymonde de Kuyper en Joost Koning. Dat de familie Van Pels er andere waarden en normen op nahield dan de familie Frank maakte Anne destijds in haar dagboek al duidelijk. Maar in deze versie doet schrijver Ilja Pfeijffer er nog zes scheppen bovenop. Mevrouw van Pels wordt neergezet als een dominante en egoïstische zeurpiet die zich zelfs onder de ogen van haar eigen echtgenoot schaamteloos aanbiedt aan het andere mannelijke gezelschap in het Achterhuis. Michiel Nooter speelt de uiterst gefrustreerde en onaangename Herman van Pels. Hun zoon Basel (Joost Koning) trekt zich meestentijds terug en weet zich met zichzelf en de situatie vaak geen raad. Als hij verderop in het toneelstuk wat vaker in gesprek raakt met Anne, krijgt zijn personage iets meer body, maar het 'sorry dat ik besta' blijft van zijn personage afstralen.

Qua karakteruitvergroting blijft ook de familie Frank in deze versie niet gespaard. Waar Edith in het dagboek waarschijnlijk vooral de uit angst opererende moeder was, verwordt ze in deze voorstelling tot een pessimistisch gestemde, depressieve vrouw. In geen enkel opzicht een steun en toeverlaat voor haar man of voor haar dochter Anne. Waar Otto voortdurend uit de dramadriehoek probeert te blijven en voortdurend moet optreden als organisator en bemiddelaar met een vooruitziende blik en een luisterend oor, vervalt Edith voortdurend in de rol van slachtoffer of aanklager. Anne en Margot vertonen in eerste instantie wel veel gelijkenis met hun personage uit het oorspronkelijke verhaal. Het gekke is dat Anne de hoofdpersoon is, maar eigenlijk nog het meest neutraal wordt neergezet. Margot is en blijft het beschaafde en verstandige meisje, maar het schrijnende van het verhaal is, dat deze twee eigenschappen geen garantie voor een zorgeloos leven zijn. Tandarts Pfeffer maakt op een afschuwelijke manier misbruik van de gespannen situatie in het huis en Margot. Hij toont geen enkel berouw van wat hij heeft gedaan, verklaart zijn gedrag door de wet der natuur en weigert zijn  masker van het alphamannetje op de apenrots af te zetten.  


Het spel en de inleving is van alle acteurs stuk voor stuk geweldig te noemen. De voorstelling duurt tweeënhalf uur en daarin word je als kijker heen en weer geslingerd tussen de boosheid, de tranen, de liefde, de beklemming en de frustratie die ook de bewoners ten deel vallen. Als op het eind van de voorstelling Margot ziedend tegen Otto uitvalt en Otto daarna met ingehouden woede Fritz Pfeffer tot inzicht probeert te laten komen, zit je echt niet meer te wachten op de zuigende woorden van Herman van Pels. Dat die dan toch komen, maakt dat de psychologische uitputting zich bijna van de kijker meester maakt. Dit soort scènes werd zo ongelooflijk goed gespeeld dat alle acteurs met trots en groot eergevoel kunnen terugkijken op het feit dat ze in deze productie hebben mogen staan.

Maar toch kan ik me iets voorstellen bij de kritieken van het Anne Frank Fonds. Om te beginnen hebben alle personages werkelijk bestaan. In deze bewerking worden gebeurtenissen gesuggereerd en daders aangewezen van misdrijven die niet zijn beschreven en hopelijk ook niet hebben plaatsgevonden. Je zult maar een nazaat van Fritz Pfeffer zijn. Maar nog erger vond ik de beschuldiging van zijn eigen dochter Margot aan het adres van Otto Frank. De man die tot zijn laatste snik al zijn verstand en vermogen heeft ingezet om de onderduikers zo lang mogelijk uit de kampen te houden wordt genadeloos op die eigenschap afgestraft. En alles kan in het leven, dat is iets wat absoluut juist uit deze toneelbewerking valt te concluderen, maar eveneens valt uit deze productie op te maken dat je alleen maar een deel van leven hebt als je waarden en normen en liefde en respect naleeft. Jammer dat juist de uitdrager van deze levenswet zo onderuit wordt gehaald.

Dat is ook te zeggen over de uitwerking van het personage van Miep Gies. De helpster van de onderduikers komt meermalen als een kip zonder kop verslag doen van wat zich buiten de muren afspeelt. Marie-Louise Stheins speelt haar personage fantastisch, maar dat de regisseur voor zo'n invulling van haar personage heeft gekozen, vind ik onbegrijpelijk. Daarnaast valt ook iets op te merken over het taalgebruik in de voorstelling. Er is blijkbaar getracht om een mix te maken van ons huidig taalgebruik en de oorspronkelijke woorden uit het dagboek en eerdere toneelversies. Dit resulteert bij tijd en wijle in tenenkrommende scènes, waarin de spelers in één zin soms hypermoderne woorden met achterhaalde uitdrukkingen moeten combineren. 


Na de voorstelling sprak een moeder met haar kinderen over het dagboek. Ze legde uit hoe het met de personages was afgelopen en dat Miep Gies het dagboek uiteindelijk gevonden heeft en aan Anne wilde teruggeven. Bij mij rees de vraag of dit stuk nu geschikt is om in één avond een goede indruk te krijgen van waar het dagboek over gaat. Het antwoord is 'nee', wat mij betreft. Daarvoor is er teveel verzonnen en teveel bij getrokken. Waarom je het wel moet gaan zien? Om de echtheid in het spel van vedetten als Cees Geel, Hajo Bruins, Michiel Nooter, Oda Spelbos en Raymonde de Kuyper, maar ook om de acteerprestaties van nieuwkomers Amarenske Haitsma, Joost Koning en Anne van der Burg.   

'Achter het huis' gaat tot 3 maart op tournee langs verschillende theaters in Nederland. Voor meer informatie en de speellijst kunt u kijken op www.toptheater.nl.